Ruim 4.600 palingen veilig ‘over de dijk’ gezet

Het pilot project ‘Paling Over De Dijk’ is na drie maanden afgerond. In die tijd werden ruim 4.600 palingen met fuiken opgevangen, voor elf gemalen in Noord-Holland en Zeeland. Direct daarna werden de palingen 'over de dijk' losgelaten. Daardoor konden ze onbeschadigd naar hun paaiplaats in de oceaan trekken. Gemalen, dammen en dijken vormen barrières voor trekvissen. Palingen kunnen deze hindernissen zonder hulp moeilijk ongeschonden passeren.

Het is belangrijk dat de palingen gedurende het trekseizoen onbeschadigd weg kunnen trekken. Een geslachtsrijpe schieraal kan enkele miljoenen palinglarven produceren. De ouderdieren zijn belangrijk voor de ontwikkeling van de palingstand. Als er te weinig van deze volwassen palingen uittrekken, heeft dat een negatief effect op de intrek van jonge palinkjes, ofwel glasaal, in ons land. De palingstand in Nederland en elders in Europa baart al jaren zorgen. Stichting DUPAN heeft als initiatiefnemer van dit project aangetoond dat, zolang de barrières niet voor trekvissen zijn aangepast, het over de dijk helpen van volwassen paling een goede oplossing is.

Pilot-project

Het is voor het eerst dat er op deze grote schaal paling met menselijke hulp werd overgezet. Dit pilot-project vond plaats in de periode, waarin het voor beroepsvissers verboden is op paling te vissen. Zij kregen speciaal voor dit project een ontheffing van het Ministerie. Er was gedurende de hele periode 100% controle daarmee kreeg elke opgevangen paling vrije aftocht.

 

Alex Koelewijn, voorzitter van DUPAN, kijkt tevreden terug: “Er zijn natuurlijk ruim vierenhalf duizend palingen langs de gemalen geholpen. Die zijn op dit moment geheel ongehavend op weg naar hun paaigronden in de oceaan. Maar een van de hoofddoelen van dit project was om ‘uit te vissen’ of het praktisch mogelijk zou zijn, om paling letterlijk en figuurlijk over de dijk te zetten. De samenwerking met verschillende partijen is heel goed verlopen. DUPAN hoopt dan ook dit het project in 2013 te kunnen opschalen en daarmee de 20 belangrijkste knelpunten voor paling op te heffen. Door juist op die plaatsen paling 'over de dijk' te zetten kunnen we een groot deel van het leefgebied van de paling ontsluiten”

 

Samenwerkende organisaties

In Noord-Holland werd dit project mede mogelijk gemaakt door het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en Sportvisserij Mid-West Nederland. In Zeeland werd dit project mede mogelijk gemaakt door de provincie Zeeland, het waterschap Scheldestromen en Sportvisserij Zuid-West Nederland. Verder waren betrokken de Visstand Beheer Commissie Hollands Noorderkwartier, de Noordhollandse Bond van Binnenvissers, de Federatie van Beroepsvissers Zuidwest Nederland, het ministerie van EL&I en de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA). De coördinatie van het project en de financiering van de visserij werden verzorgd door DUPAN.

 

Achtergrondinformatie

 

Vangstgegevens pilot-project ‘Paling Over De Dijk‘
in Noord-Holland en Zeeland

In Noord-Holland is in de periode 1 september tot 1 december op 4 plaatsen gevist en zijn in totaal 151 keer de fuiken gelicht. De totale vangst in Noord-Holland bestond uit 4056 schieralen met een totaal gewicht van 2480 kilo. De gemiddelde vangst per fuikenlichting in Noord-Holland was 27 stuks met een gewicht van 16 kilo. Het gemiddelde gewicht van de schieralen was in Noord-Holland 611 gram.

In Zeeland is in de periode 1 september tot 1 december op 7 plaatsen op schieraal gevist en zijn in totaal de fuiken 105 keer gelicht.  De totale vangst in Zeeland bestond uit 553 schieralen met een totaal gewicht van 562 kilo. De gemiddelde vangst per fuikenlichting in Zeeland was 5 stuks met een gewicht van 5 kilo. Het gemiddelde gewicht van de schieralen in Zeeland was 1016 gram.

In totaal zijn er door het project 4609 schieralen over de dijk gezet, met een gezamenlijk gewicht van 3042 kilo en met een gemiddeld gewicht van 660 gram per stuk.

ICES advies helpt de paling niet

 

Het bericht dat ICES afgelopen week heeft doen uitgaan over de toestand van de palingstand, heeft geen nieuwe inzichten geleverd over het herstel van de palingstand. Omdat er geen nieuwe wetenschappelijke gegevens beschikbaar zijn, handhaaft ICES haar standpunt uit 2012 ook voor 2013. ICES-wetenschapers adviseren niet op paling te vissen, totdat bewezen is dat de palingstand zich weer herstelt. Een advies waarmee de paling volgens DUPAN niet geholpen is.

 

Oorzaak te lage palingstand

De palingstand in ons binnenwater is zo laag, doordat jonge paling ons land niet in kan. Onze kusten zitten nagenoeg dicht. Paling wordt op de oceaan geboren. Ze trekt van het zoute naar het zoete water om daar een aantal jaren op te groeien. Maar jonge paling kan ons land niet in. En als volwassen paling weer naar de oceaan wil om hun beurt voor nageslacht te zorgen, kan ze er niet meer uit.

 

Nu actie ondernemen is noodzakelijk

ICES zegt dat de palingstand nog steeds in gevaar is en dat onmiddellijke actie noodzakelijk is om tot verbetering te komen. “Urgent action is needed” schrijft ICES in haar persbericht. Deze oproep tot actie hebben de Nederlandse natuurorganisaties de laatste jaren vertaald in beleid dat is gericht op niets doen. “Blijf van de paling af, dan komt het vanzelf weer goed”, zo is hun redenering. Maar de paling heeft nu onze hulp nodig. Ze kan ons land niet in of uit. Dijken, sluizen en gemalen belemmeren palingen de doortocht. Daarom is DUPAN vanaf 2010 gestart met het handmatig helpen van de paling. Geen woorden, maar daden dus!

 

Paling een handje helpen

Terwijl DUPAN met geld uit de palingsector, en van overheden en een aantal NGO’s, de paling in een groot aantal projecten helpt in-en uittrekken, blijven tegenstanders roepen dat niets doen beter is. Waarschijnlijk, omdat het makkelijk uit te leggen is aan de consument, dat je een bedreigde soort met rust moet laten. Maar zonder hulp van de mens, redt de paling het niet! De mens heeft hem tenslotte zelf het in- en uittrekken onmogelijk gemaakt. Dat een dier gered kan worden met behulp van commerciële partijen is misschien lastig uit te leggen. Maar het pilot-project ‘Paling Over De Dijk’ dat van september tot december 2012 in twee provincies werd uitgevoerd, bewijst dat het werkt. Beroepsvissers, sportvissers, waterbeheerders en provincies lieten zien, dat geslachtsrijpe palingen volop naar zee kunnen trekken, als we ze een handje helpen.

 

Wetenschappelijk bewijs ontbreekt

“Er is geen wetenschappelijk bewijs dat de duurzaamheidsmaatregelen van de sector werken”, zo is de redenering van de natuurorganisaties. Een deel van die kennis is sinds kort echter wel beschikbaar (zie de DUPAN-website, onderzoek Valkenswaard). De Stichting DUPAN en wetenschappers (waaronder diezelfden die verbonden zijn aan ICES), werken aan de completering van het bewijsmateriaal. Wetenschappelijk bewijs, dat gaat aantonen dat de mens zelf de balans kan herstellen tussen voedselvoorziening en natuur. Een duurzame handelswijze, die niet uniek is voor paling, maar voor zovele dierensoorten geldt.