Aan de kust bij Den Oever zijn dit voorjaar zo’n 400.000 jonge palingen gevangen. 365.000 werden er over de kustbarrière in het binnenwater gezet, waar ze opgroeien. 35.000 jonge palingen werden gemerkt en weer teruggeplaatst. Onderzocht is of de palinkjes zelfstandig langs de kustbarrière kunnen komen.
Aangenomen wordt dat de palingstand laag is, omdat de jonge paling, ook wel glasaal genoemd, niet zelfstandig het zoete binnenwater kan bereiken. Daarom worden – als onderdeel van het Europese Aalbeheerplan – miljoenen glasalen voor de kusten van Frankrijk en Engeland gevangen en overal in Europa uitgezet. In Nederland is de vangst van glasaal niet toegestaan. De afgelopen vier jaar is er sprake van een sterke stijging van de hoeveelheid glasaal aan de kusten. Daarom is nu onderzocht of er ook in Nederland glasaal gevangen kan worden om deze in het binnenwater weer uit te zetten.
Tussen 24 maart en 2 juni werd bij den Oever door Visserij Service Nederland op glasaal gevist, onder toeziend oog van de controleurs van Hengelsportvereniging Hollands Kroon. Na elke lichting van de netten werd de gevangen glasaal gewogen, geteld en direct uitgezet in het binnenwater. Imares, het visserijinstituut van de universiteit van Wageningen, onderzocht in hoeverre de glasaaltjes in staat zijn de gesloten kust te passeren. Daaruit bleek dat slechts een gering gedeelte van de gemerkte glasaaltjes verder langs de kust, via de Stevinsluis het zoete water wist binnen te komen. DUPAN pleit er daarom voor om de glasaaltjes overal in Nederland te vangen en over te zetten.
Over 10 – 15 jaar, als de glasaaltjes tot volwassen palingen (zogenaamde schieralen) zijn uitgegroeid, zullen ze naar de Atlantische Oceaan zwemmen om in de Sargasso Zee voor nageslacht te zorgen. DUPAN hoopt dat tegen die tijd de kustbarrières zijn aangepast, zodat de palingen er zelfstandig langs kunnen.
Het onderzoek werd gefinancierd uit het Duurzaam Paling Fonds en gecoördineerd door Stichting DUPAN.