Goede en foute vetten
Foute vetten zijn verzadigde vetten (met de V van verkeerd). Goede vetten zijn de onverzadigde (met de O van Okee). Simpele stelregel voor vis: vis die van nature vet is, is heel goed voor je gezondheid. Vis die vet is door de bereiding (lees: de frituur) is minder goed. Van nature vette vis bevat veel onverzadigd vetzuur. Door een- of tweemaal per week deze vette vis te eten, krijgt je lichaam voldoende gezonde vetten binnen. Voorbeelden van gezonde vette vis zijn paling, zalm, makreel en haring. https://www.hartstichting.nl/gezond-leven/gezond-eten/vetten/vetten-in-vis
Vetzuren uit vis zijn voor de gezondheid. Vooral Omega 3 kent veel positieve gezondheidseffecten, met name voor het verlagen van de kans op hart- en vaatziekten: https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/omega-3.aspx
Omega 3-vetzuren zijn meervoudig onverzadigde vetzuren. De bekendste zijn alfa-linoleenzuur (ALA) en de vetzuren die vooral in vis voorkomen: eicosapentaeenzuur (EPA) en docosahexaeenzuur (DHA).
Enkelvoudige onverzadigde vetzuren hebben een gunstig effect op het cholesterolgehalte. Olijfolie, pinda’s, arachideolie en vetten in vruchten zoals avocado’s zijn bronnen van enkelvoudig onverzadigde vetzuren.
Paling is van nature rijk aan enkelvoudige (ca.20%) én meervoudige onverzadigde vetzuren (ca.10%) en is een van de vetste vissoorten. Tot wel 38% van het visvlees van paling bestaat uit vetzuren. Dat maakt paling tot een kampioen in gezonde vetten.