5/10 Goed beheer is kleinschalige visserij, naar draagkracht water

De 10 geboden van DUPAN: deel 5 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Goed beheer is kleinschalige visserij, naar draagkracht van het water

De EU-aalverordening No 1100/2007 werd in 2009 ingesteld. In lid 1 is de belangrijkste doelstelling opgenomen: voor de bescherming, het herstel en het duurzaam gebruik van de Europese aalstand. Als we het over duurzaam gebruik hebben, dan hebben we het uiteraard over de visserij. De Aalverordening is er dus mede op gericht om de visserij te verduurzamen. Dat vraagt om maatwerk per land, per soort visserij, want nergens in Europa is dit hetzelfde. Palingvisserij is in tegenstelling tot andere visserijen gebonden aan seizoenen en zeer afhankelijk van natuurlijke omstandigheden. Zo is glasaal is slechts op een beperkt aantal dagen in enkele maanden van het jaar mogelijk. De visserij op rode aal is alleen mogelijk wanneer de temperatuur van het water het toelaat. Bij een koud voorjaar komt die visserij pas laat op gang en stopt van zelf weer als de temperatuur daalt. De visserij op schieraal is alleen mogelijk in de maanden dat de schieraal naar zee trekt. Daarbovenop zijn er allerlei wettelijk beperkingen ingesteld, zoals gesloten periodes en In de maritieme wateren is de visserij, in alle aan zee grenzende landen van de EU, elk jaar drie maanden gesloten. Maar overal in Europa is het uitgangspunt, dat de visserij rekening houdt met leefomstandigheden en draagkracht van het water. Niet massaal, maar kleinschalig, binnen het zelfherstellend vermogen van de natuur.

De visserij is enorm sterk teruggedrongen

In Nederland wordt er vooral op volwassen paling gevist. Dit is de soort die we allemaal kennen van de viswinkel en de markt; de soort die in ons land al honderden jaren wordt gerookt en waaromheen een prachtige cultuur is ontstaan, met zelf zijn eigen muziek; de paling-sound.

Sinds 2009 zijn vele maatregelen genomen waardoor de Nederlandse visserijdruk op paling met 70% werd verminderd.

  • Van 1 september tot 1 december mag er helemaal niet op paling worden gevist. In die periode vindt de palingtrek richting de kust plaats. Veel beroepsvissers zijn in die periode actief om – in opdracht van DUPAN – vele duizenden dikke geslachtsrijpe palingen over de dijken naar zee te helpen. De trekroutes voor paling zitten vol barrières als gemalen, waterkrachtcentrales, dammen en sluizen, waardoor ze zelfstandig de kust nauwelijks weten te bereiken.
  • Op de grote rivieren mag helemaal niet op paling worden gevist. Veel rivierbodems zijn in het verleden vervuild met dioxine-achtige stoffen. Paling uit die gebieden mag daarom niet worden bevist en niet op de markt worden gebracht. De verwachting is dat die situatie nog wel 25 jaar duurt. Door heel Nederland wordt gemonitord in hoe het met de vervuilingsgraad is gesteld. Op die manier wordt gewaarborgd dat de paling die in de handel komt aan alle normen voldoet en gezond is. De sluiting van deze riviervisserij, heeft gezorgd voor een extra afname van de totale visserijdruk waardoor het herstel van de palingstand ook sneller kan optreden.
  • Op initiatief van DUPAN en netVISwerk in Friesland in 2014 een speciale vorm van aalbeheer ingevoerd; daar wordt gevist naar draagkracht van het water en is de visserij gequoteerd. Deze vorm van gebiedsgericht aalbeheer is inmiddels goedgekeurd door Europa en wordt de komende jaren steeds verder uitgerold over Nederland.
  • Veel beroepsvissers hebben vrijwillig de wettelijk bepaalde vangstmaat van 28 naar 35 centimeter vergroot, waardoor steeds meer jonge aal langer in de natuur blijft en waardoor er steeds meer geslachtrijp kunnen worden en via de kusten weer naar de oceaan kunnen trekken. Onlangs nog deed de palingsector een oproep om de minimale vangstmaat te vergroten voor heel Nederland in te voeren.

Visserij op glasaal wordt in snel tempo verduurzaamd

De glasaalvisserij is na de invoering van de aalverordening sterk teruggebracht. In Frankrijk, waar zo’n 80% van alle glasaalvisserij plaats vindt, heeft de overheid het aantal vergunningen teruggebracht van 1200 naar zo’n 500. In het Verenigd Koninkrijk mag alleen nog met handnetten vanaf de waterkant worden gevist door een gelimiteerd aantal vergunninghouders. Bovendien wordt er steeds meer gevist volgens de SEG-Standard. Voor de Franse visserij, die vanaf boten plaatsvindt, betekent dit dat de overleving van glasaal  stijgt van 60% naar 90%. Nieuwe netten en kortere vistijden zorgen zelfs voor nog grotere overlevingskansen van de glasaal. Deze SEG  Standard zorgt dus voor een veel grotere overleving van jonge vis tijdens de vangst, waardoor de totale visserijdruk met tientallen procenten daalt. Maar het belangrijkste wapenfeit van deze standaard is de volledige transparantie die wordt afgedwongen, van visserij tot bord. Daardoor wordt de glasaal gegarandeerd binnen het vangstquotum gevangen.

In China is er een ongebreidelde vraag naar ‘onze’ Europese paling. Een belangrijkdeel van de glasaal van hier wordt door smokkelaars naar China getransporteerd en daar opgekweekt tot consumptiepaling. Dat gaat heel ver; de smokkelaars exporteren illegaal vijf keer zo veel dan wij in Europa benutten. Door dit te voorkomen, via een traceerbaarheidssysteem, kan de verduurzaming van de glasaalvisserij op korte termijn een zeer belangrijke stap maken.

Illegale vangst en stroperij voorkomen

Stroperij is ook in Nederland een probleem. De sector is het beu dat stropers fuiken stelen van beroepsvissers en de daarmee gevangen – niet te traceren – palingen via de achterdeur verkopen aan restaurants en hobby-rokers. Dit soort stroperij bestaat alleen, omdat er ook afnemers zijn. Afnemers die bij de inkoop en consumenten die bij het eten van paling, vragen om het ESF-logo, weten zeker dat de bron verantwoord is.

Omdat de gehele keten, van visserij, aquacultuur en handel, het ESF-label en de SEG-Standard omarmen, worden illegaal gevangen glasaal en gestroopte paling steeds meer uit de markt gedrukt. Op die manier kan aan de tomeloze smokkel- en stroperijpraktijken een einde komen.

Maatregelen zorgen inmiddels voor sterke stijging palingstand

Ondanks de huidige visserijdruk op glasaal (4% van het bestand) en de illegale smokkel (20 – 25% van het bestand!) herstelt de palingstand zich sinds 2011. De stijging van de intrek van jonge paling was de afgelopen 5 jaar met 8,5% zelfs sterker dan de daling ooit geweest is, volgens de gerenommeerde palingwetenschapper Dr. W. Dekker. Hij zij dat op een congres in Potsdam (Duitsland), in maart van dit jaar. Dat paling als soort in de officiële lijst van bedreigde diersoorten wordt aangemerkt als ‘kritiek’ heeft alles te maken met de wens om het huidige beschermingsniveau, dat met de EU-aalverordening is ingesteld, voorlopig te handhaven. Dekker zei op datzelfde congres, dat de palingstand vandaag de dag dermate goed is, dat deze in feite niet op die lijst thuis hoort.

Natuurbeheer is ook verantwoorde visserij

Met de invoering van een volledige transparantie en verantwoorde vangst, wordt de visserij nog verder beheerst. De beroepsvissers vissen naar draagkracht van het water, gequoteerd of anderszins beperkt. Daarnaast zijn zij steeds meer natuurbeheerders, die monitoren voor wetenschappelijk onderzoek en palingen helpen bij het passeren van barrières.

ESF is de Europese oplossing in beheerste visserij

In Nederland hebben vrijwel alle kwekers en handelaren die bij DUPAN zijn aangesloten (90% van de markt) zich gecertificeerd voor het ESF-label en de SEG-Standard. Ook in Duitsland is de certificering bij de meerderheid van bedrijven ingevoerd. In andere landen is men inmiddels vergevorderd met het invoeren van de standaard. Daarmee is het commitment van de sector aangetoond, voor een traceerbaar product en de wil om uitwassen uit te bannen. In de ogen van DUPAN kan het dan ook niet lang meer duren voordat natuurorganisaties en andere NGO’s inzien, dat deze vorm van visserijbeheersing hele grote stappen voorwaarts betekent en deze oplossing gaan steunen, in plaats van tegenwerken, zoals zij tot nu toe doen.