Ministers EU-lidstaten adviseren geen verdere visserijmaatregelen
Op maandag 26 september 2022 kwamen de visserijministers en afgevaardigden van de Europese lidstaten in Brussel bijeen om de “Toekomst voor het Europese palingbestand en degenen die daarvan afhankelijk zijn” te bespreken. De ministers concludeerden dat er meer moet worden gedaan om de paling beter te beschermen, waarbij met name niet-visserij gerelateerde maatregelen, zoals opgenomen in de EU aalverordening, beter doorgevoerd moeten worden. Er moet dus niet alleen naar de visserij worden gekeken, maar vooral naar migratieproblematiek, habitatverlies, waterkrachtenergie en vervuiling als belangrijke factoren voor de gezondheid van de palingstand.
Naar aanleiding van de jaarlijkse vangstaanbeveling van ICES heeft de Europese Commissie in het voorjaar van 2022 advies gevraagd aan de drie EU-adviesraden: de Baltische zee, de Noordzee en de Middellandse Zee. De Commissie gaf bij monde van Eurocommissaris Virginijus Sinkevičius aan dat bij het vaststellen van maatregelen voor verbetering van de palingstand rekening moet worden gehouden met visserij-, ecologische en sociaal-economische aspecten.
De ministers waren eensgezind over een – zo werd veel genoemd –holistische aanpak van de problematiek. Die aanpak moet er volgens hen op gericht zijn om maatregelen voor de paling te treffen, waar zowel de mens, de economie als de natuur baat bij hebben. Een algemeen visserijverbod werd alleen genoemd door Ierland en Slovenië, twee landen zonder palingtraditie die zo’n verbod jaren geleden al hebben ingevoerd. De andere lidstaten daarentegen, zien een algeheel visserijverbod niet als de oplossing voor de complexe problemen die de implementatie van de EU-palingverordening met zich mee brengt.
Stichting DUPAN, de sectororganisatie van de beroepsvissers (netVISwerk), de kwekers (NeVeVi) en de handel (NeVePaling) vindt dat de reactie van de EU-lidstaten de visie van de sector goed weerspiegelt. DUPAN-voorzitter Alex Koelewijn zegt: “De toestand van de palingstand is nog steeds zorgwekkend en we moeten ons blijven inzetten om de paling goed te beschermen. Een alles omvattende en integrale benadering die rekening houdt met alle habitats en levensfasen, evenals alle sterftefactoren, is weliswaar complex, maar van groot belang. De oproep van de ministers om de beoordeling van palingstand niet meer te relateren aan de biomassa van uitrekkende schieralen, maar aan de sterftecijfers van de verschillende en dus ook niet-visserij-oorzaken, is een bevredigend antwoord op ons pleidooi dat we al ruim tien jaar houden.”
DUPAN ziet dat de EU-lidstaten hun denken over effectieve beheermaatregelen hebben bijgestuurd. Koelewijn: “In het verleden richtten de meeste lidstaten zich op het terugdringen van de sterfte door visserij, waarbij men gemakshalve voorbij ging aan de belangrijkste oorzaken van de achteruitgang van de bestanden, zoals het verdwijnen van habitat en migratieproblematiek. Hopelijk leidt dit nieuwe inzicht tot het vooral consequent doorvoeren van de huidige EU Aalregulering in alle lidstaten. Die is volgens diezelfde lidstaten fit-for-purpose, maar dan moet je wel alle maatregelen uitvoeren en niet alleen de visserij beperken.”