9/10 Samenwerken dé oplossing voor betere uitvoering Aalverordening

De 10 geboden van DUPAN: deel 9 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt. 

Samenwerken is dé oplossing voor een betere uitvoering van de EU Aalverordening

Zoals in deel 8 van onze 10-delige cyclus duidelijk gesteld en gemotiveerd: de EU Aalregulering voldoet prima, maar de uitvoering ervan moet beter. Als alle lidstaten ervoor zorgen dat ook de maatregelen buiten de visserij – met name het herstel van de migratieroutes – worden uitgevoerd (zie ook het nieuws van vandaag, 28 juli 2020), dan zullen de effecten van het aalbeheer nog groter zijn dan nu al het geval is. Omdat te kunnen bereiken is vooral samenwerking nodig, tussen alle partijen die baat hebben bij een gezonde palingstand. Maar let wel; verantwoord beheer vereist niet alleen samenwerking met overheden en waterbeheerders, maar ook tussen alle vormen van visserij: beroep en sport én met natuur- en milieuorganisaties.

Geneuzel over de EU Aalverordening

Beroepstwijfelzaaiers hebben een nieuw doel gevonden om echte oplossingen maar weer eens zo lang mogelijk uit te stellen. De Europese Commissie heeft in haar evaluatie van april dit jaar aangegeven dat de Aalverordening prima voldoet, maar dat de uitvoering ervan beter moet. Nee, zeggen de twijfelzaaiers, de verordening voldoet helemaal niet, want het einddoel is nog lang niet in zicht… Dus moet de Aalverordening worden herschreven! Een drogredenering van de bovenste plank. Kijk nog even naar de wetenschappelijke visie over de werking van de EU Aalverordening. We moeten voorkomen dat we eindeloos neuzelen over plannen en maatregelen als bezigheidstherapie (je bent zomaar weer drie jaar verder voordat er een nieuwe regulering is), maar samenwerken om de bestaande, goede plannen goed uit te voeren en ervoor zorgen dat ze maximaal effect sorteren.

40% Uitrek is OK, maar van wat?

Het gesteggel over 40% uittrek van schieraal is ook om moe van te worden. Ieder land legt op zijn eigen manier uit wat die 40% is, hoe je dat meet, wat je wel meetelt en wat niet. Dat levert enorme discussies op tussen mensen die het weten en mensen die het denken te weten. En dan zijn er nog allerlei goed bedoelende natuur- en milieuorganisaties die ook nog even een spreekwoordelijke duit in het zakje doen. ‘Spreekwoordelijk’ mag voor die organisaties trouwens in grote letters worden geschreven, want tot op heden kwamen zij met geen cent over de brug om de mee te betalen aan het aalherstel, ondanks de vele miljoenen aan subsidies die zij incasseerden en die volledig opgingen aan rapporten en campagnes.

Geen woorden maar daden

Maar hoe moet het dan wel? Ons advies: bepaal per lidstaat hoeveel de schieraalproductie op dit moment is en laat daar 40% van uittrekken naar zee. Dat geeft overal in Europa een realistisch streefbeeld. En doe dat dan net als in Nederland, waar DUPAN al sinds 2012 helpt om die schieralen langs de barrières naar zee te helpen, totdat deze knelpunten voor palingen vrij te passeren zijn. “Geen woorden, maar daden” roepen wij al sinds onze oprichting in 2010. Al 10 jaar worden we breed gehoord. Maar nog niet bij iedereen. Daarom besteden we nog één keer aandacht aan onze oproep; in deel 10 van deze 10-deligen serie. Wie weet, kunnen we ons jubileumjaar van 10 jaar DUPAN straks afsluiten met een breed gedragen en eensgezinde aanpak voor het beheer van de palingstand.

 

8/10 Vakmanschap en rentmeesterschap

De 10 geboden van DUPAN: deel 8 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Vakmanschap en rentmeesterschap

“Er is helemaal niet zo veel bereikt met de EU Aalverordening”, zo veel zegt de een, vaak zonder enige vorm van onderbouwing. “Veel meer dan we redelijkerwijs hadden kunnen verwachten in 10 jaar tijd”, zegt de ander. Een vooraanstaand prediker van die laatste stroming onderbouwt zijn stelling wel; Dr. Willem Dekker prees de internationale samenwerking in zijn toespraak tijdens het  palingcongres het Duitse Potsdam in maart 2020: “we hebben een klein wonder verricht”, aldus Dekker.

Ook ICES onderkent de resultaten van de internationale samenwerking vanaf 2009, in haar laatste rapport en ziet een significante stijging in de aanwas van jonge paling. En de Europese Commissie? Zij concludeert in haar evaluatie uit april 2020 dat de Aalverordening voldoet, maar dat de uitvoering aanzienlijk moet worden verbeterd, vooral als het gaat om niet-visserij gerelateerde sterfte, die door mensen wordt veroorzaakt. Daarmee doelen zij vooral op de geblokkeerde migratieroutes van paling door dammen, sluizen, waterkrachtcentrales en gemalen.

Nóg meer plannen, of de handen uit de mouwen?

In februari 2020 maakte CMS (Convention on the Conservation of Migratory Species of Wild Animals) van de VN bekend dat zij een actieplan voor paling gaan opstellen. De organisatie werkte al jaren aan een deelverdrag voor paling, maar dat strandde omdat dit te veel leek op de – u raadt het al – EU Aalverordening. Daarom is besloten een en ander minder ambitieus in te steken en een actieplan op te stellen. Dat moet over drie jaar klaar zijn. Het valt natuurlijk te prijzen dat CMS plannen maakt om meer werk te maken van de geblokkeerde migratieroutes. Precies zoals de EU-commissie dat in april al duidelijk stelde. Maar goed, dubbel genaaid houdt beter.

DUPAN  denkt dat er onderhand wel genoeg plannen zijn en steekt liever de handen uit de mouwen. De sector investeert daarom in het langs de migratiebarrières helpen van volwassen paling, het uitzetten van jonge paling en wetenschappelijk onderzoek naar effectieve beheermethoden. Dat doen we met vakmensen die dagelijks bij paling in de natuur betrokken zijn, zoals vissers en wetenschappers, zodat alle inspanningen met de best beschikbare kennis worden uitgevoerd.

Óns uiteindelijke doel? Een goede aalstand, die verantwoord wordt beheerd, door beperkte, gecontroleerde en transparante benutting, binnen de grenzen van de natuurlijke draagkracht. Zoals het goede rentmeesters betaamt.

7/10 Gij zult niet stelen…

De 10 geboden van DUPAN: deel 7 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Gij zult niet stelen…

In februari 2019, tijdens een stakeholders meeting (moeilijk woord voor een bijeenkomst van mensen die een belang met je delen) over het internationale perspectief op aalbeheer, trapte DUPAN-voorzitter Alex Koelewijn af met de ‘10 geboden van DUPAN’. Daarin stelde hij als ‘7e gebod’ dat 25% van de jaarlijkse aanwas van glasaal naar China wordt gesmokkeld. Hij deed daarbij de emotionele oproep: “Stop de steeds groter wordende glasaal-plundering door de Chinezen.”

De bijeenkomst was georganiseerd door de GoodFish Foundation, in samenwerking met DUPAN. Koelewijn adresseerde het smokkelprobleem zo nadrukkelijk voor dit gezelschap, omdat wetenschap, NGO’s, de sector en autoriteiten zullen moeten samenwerken, willen we succesvol zijn in de aanpak ervan. DUPAN sprak in november 2015 haar grote zorg uit over de steeds maar toenemende illegale handel en vroeg bij de internationale toezichthouders van CITES om strikte maatregelen. Vanaf dat moment kwamen de autoriteiten steeds vaker in actie om de smokkelaars te dwarsbomen. Maar de schaalgrootte is inmiddels dusdanig, dat alleen via internationaal gecoördineerde acties nog successen geboekt kunnen worden in de bestrijding. Het lijkt echter dweilen met de kraan open te zijn. Vergelijk het maar met cocaïnesmokkel, je bestrijdt de symptomen, maar bij de bron kom je nauwelijks in de buurt.

Hoe kunnen we de internationale criminaliteit stoppen?

Florian Stein, director of Scientific Operations van de Sustainable Eel Group (SEG) presenteerde tijdens die bewuste bijeenkomt zijn onderzoek naar de georganiseerde criminaliteit. De uitkomsten daarvan waren op zijn zachts gezegd ontluisterend. Koelewijn zat er dichtbij met zijn 25%. Volgens Stein’s onderzoek gaat het om 23% van alle jonge paling die aan onze kusten aankomt, die wordt gesmokkeld naar China. Ter illustratie: de gehele Europese consumptiemarkt gebruikt maar 4% van datzelfde bestand aan jonge paling.

SEG betitelt de smokkel inmiddels als ‘worlds biggest wildlife crime’. Maar kunnen we het tij keren? Wat moet er gebeuren om deze enorme zwendel uit te bannen?

In 2010, toen de contouren van de smokkel naar China zichtbaar werden, kwam de sector in Nederland in contact met de Sustainable Eel Group. Voor Nederland was het Eel Stewardship Fund opgericht (toen nog het Duurzaam Paling Fonds). Een fonds dat er speciaal op was gericht om de palingstand te helpen verbeteren. Het bleek al snel dat er door het uitbannen van glasaalsmokkel veel natuurwinst te behalen valt. Traceerbaarheid van paling werd dan ook al snel een van de speerpunten in de ontwikkeling van de SEG Standard. De redenering was even eenvoudig als steekhoudend; als je elke paling (batch) kunt traceren van visserman tot bord, is smokkel praktisch niet meer mogelijk.

Als palingproducten in de markt verkrijgbaar zijn met een officiële certificering, wordt het smokkelaars heel lastig gemaakt om hun handel in te kopen en te verplaatsen, zonder dat dit traceerbaar is. Wanneer door een dergelijke ‘eenvoudige’ oplossing de druk op het glasaalbestand verlaagd kan worden van 27% naar 4%, is er veel bereikt voor de toekomst van onze paling.

Inmiddels is de oorlog tegen de smokkelaars in volle gang. De Sustainable Eel Group en onderzoeker Florian Stein werken het jaar rond aan het sluitend krijgen van gegevens en bewijsmateriaal om de internationale netwerken bloot te leggen. Onlangs verscheen het World Wildlife Crime Report van de United Nations Office on Drugs and Crime. In dat rapport wordt met medewerking van Florian Stein uitgebreid gerapporteerd over de stand van zaken van de glasaalsmokkel.

Eel Stewardship Fund steunt de oplossing

De sector nam in 2010 het voortouw om de gehele keten van palingvangst, -handel en -verwerking transparant en traceerbaar te maken. Als we met verstand omgaan met de natuurlijke voorraden, kunnen we ook in de verre toekomst blijven genieten van paling en de eeuwenoude palingcultuur. Door werk te maken van deze Chain of Custody, kunnen we concreet en substantieel iets doen aan de smokkel.

Het Europese fonds dat palingprojecten in verschillende landen in Europa ondersteunt met geld van de sector, blijft daarom ook in de huidige crisestijd het onderzoekswerk van SEG en Florian Stein steunen. Hoe eerder een certificeringsstandaard breed kan worden ingevoerd en hoe nauwkeuriger de criminele netwerken in kaart worden gebracht, des te eerder kan de diefstal van Europese paling worden voorkomen.

Sustainable Eel Group is voorvechter tegen illegale handel

De SEG, de vooraanstaande Europese groep van wetenschappers, natuurorganisaties en de sector, maakt zich vanaf 2010 sterk om de illegale handel in paling tegen te gaan. Met een gecommitteerd team hebben zij vele onderzoeken uitgevoerd en de problematiek aanhangig gemaakt bij Europol en Interpol. Alles over de werkzaamheden van de Sustainable Eel Group en hun strijd tegen de georganiseerde criminaliteit, vindt u hier: https://www.sustainableeelgroup.org/illegal-trafficking/

6/10 Natuurbeheer is een belangrijk doel bij de uitzet van paling

De 10 geboden van DUPAN: deel 6 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Natuurbeheer is een belangrijk doel bij de uitzet van paling

De 30% visserij die na de ingevoerde beperkingen over is zal, mits goed beheerd, een belangrijke bijdrage zijn aan monitoring, herbevolking met jonge palingen, Paling Over De Dijk van volwassen palingen en daarmee aan natuurherstel. Het zijn de beroepsvissers, die met hun materieel en hun eeuwenlang opgebouwde kennis, zorgvuldig uitvoering geven aan de vele projecten en zo de natuur een handje helpen. Elk voorjaar worden er miljoenen jonge palinkjes in Nederland uitgezet. Die herbevolking lukt alleen met de kennis van de vissers.

Heeft jonge paling uitzetten wel nut?

Daar kunnen we kort over zijn; Ja! Jonge paling hoopt zich bij de riviermondingen in Engeland en Frankrijk massaal op. Ze kunnen niet landinwaarts trekken naar het zoete water om op te groeien, want de kusten zijn hermetisch afgesloten. Als we ze daar niet opvangen, verdwijnen ze in de magen van grotere vissen of vogels. Door ze elders in Europa in het zoete water te zetten, in gezonde opgroeigebieden, geven we de palingstand een impuls en zorgen we ervoor dat de jaarlijkse schieraal-uitrek naar zee op den duur kan toenemen. Zo wordt bijvoorbeeld in de gezonde waterboezem van Friesland elk jaar de maximale hoeveelheid jonge palinkjes uitgezet. De natuur heeft biologisch gezien zijn grenzen, vandaar dat er niet verder wordt gegaan dan het jaarlijkse maximum aantal palingen per hectare leefgebied. Maar er wordt daar door beroepsvissers ook gevist. Juist in Friesland is de visserij op paling streng gereguleerd met een vangstquotum. Met een dergelijk systeem neemt de palingstand versneld toe en daarmee ook de hoeveelheid volwassen paling die naar zee trekt. En dat laatste is het doel van alle herbevolkingsprojecten met paling.

De Sustainable Eel Group publiceerde een positioning paper over het nut en de noodzaak van het uitzetten (restocking) van jonge paling.

Niet alleen jonge, maar ook volwassen paling helpen

Het naar geschikt opgroeigebied brengen van jonge palingen is in Nederland goed georganiseerd. Herbevolken gebeurt alleen in geselecteerde gezonde wateren, vanwaar de paling als ze volwassen is een goede mogelijkheid heeft om naar zee te kunnen zwemmen. We voldoen niet alleen aan de richtlijnen van de EU Aalregulering, maar we doen nog meer dan dat. Europa verplicht deelstaten alleen om jonge paling uit te zetten. Nederland wierp zich in 2012 echter al op als gidsland, door ook volwassen palingen over de dijk naar zee te helpen. De migratie van paling is immers cyclisch; in het vroege voorjaar willen de jonkies naar zoet water. In het najaar vertrekken volwassen schieralen juist naar zee. Waarom de jonkies wel helpen, maar de volwassenen voor dezelfde dichte deuren laten? Daarom zijn er op diverse knalpunten in Nederland Paling Over De Dijk projecten, waarbij waterbeheerders, beroeps- en sportvissers samenwerken om volwassen palingen te helpen de zee te bereiken.

Uitzetten van paling geeft een directe impuls

Het herbevolken met jonge paling zorgt voor een directe impuls voor de palingstand. Het over de dijk helpen van volwassen paling heeft een indirect effect; na ongeveer 2 jaar zorgt dit met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid voor meer jonge paling aan de Europese kusten. Elke geredde schieraal zorgt in potentie voor 1 tot 4 miljoen larfjes. De precieze effecten weten we niet; het wetenschappelijk onderzoek dat het bewijs moet leveren is er niet, en komt er voorlopig ook niet vanwege de enorme complexiteit (zie opnieuw het positioning paper van SEG). Maar dat betekent natuurlijk niet dat we op onze handen moeten gaan zitten. Want wat we wel zien is dat, twee jaar nadat al die maatregelen om de paling te beschermen zijn genomen, de aankomst van jonge palingen (glasaaltjes) een stijgende trend vertoont. Hoewel het effect van herbevolking niet wetenschappelijk is vastgesteld, kunnen we wellicht vertrouwen op het spreekwoordelijke boerenverstand.

Besef wel, menselijke hulp voor de paling is een tijdelijke maatregel

Hoe goed het uitzetten als maatregel ook is, het is niet de ultieme oplossing om de paling in Nederland en Europa te helpen. Dat is het herstel van de migratieroutes, ofwel ervoor zorgen dat jonge paling zelfstandig het zoete water kan bereiken, veilig langs barrières als waterkrachtcentrales en gemalen kan zwemmen en als ze volwassen is, de kustwateren weer kan bereiken. Maar zolang dat nog niet is geregeld (gezien de kosten om alle hindernissen aan te passen zal het nog wel een aantal decennia duren), blijft menselijke hulp voor de paling, zoals uitzetten of herbevolking, een uitstekende tijdelijke oplossing.

5/10 Goed beheer is kleinschalige visserij, naar draagkracht water

De 10 geboden van DUPAN: deel 5 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Goed beheer is kleinschalige visserij, naar draagkracht van het water

De EU-aalverordening No 1100/2007 werd in 2009 ingesteld. In lid 1 is de belangrijkste doelstelling opgenomen: voor de bescherming, het herstel en het duurzaam gebruik van de Europese aalstand. Als we het over duurzaam gebruik hebben, dan hebben we het uiteraard over de visserij. De Aalverordening is er dus mede op gericht om de visserij te verduurzamen. Dat vraagt om maatwerk per land, per soort visserij, want nergens in Europa is dit hetzelfde. Palingvisserij is in tegenstelling tot andere visserijen gebonden aan seizoenen en zeer afhankelijk van natuurlijke omstandigheden. Zo is glasaal is slechts op een beperkt aantal dagen in enkele maanden van het jaar mogelijk. De visserij op rode aal is alleen mogelijk wanneer de temperatuur van het water het toelaat. Bij een koud voorjaar komt die visserij pas laat op gang en stopt van zelf weer als de temperatuur daalt. De visserij op schieraal is alleen mogelijk in de maanden dat de schieraal naar zee trekt. Daarbovenop zijn er allerlei wettelijk beperkingen ingesteld, zoals gesloten periodes en In de maritieme wateren is de visserij, in alle aan zee grenzende landen van de EU, elk jaar drie maanden gesloten. Maar overal in Europa is het uitgangspunt, dat de visserij rekening houdt met leefomstandigheden en draagkracht van het water. Niet massaal, maar kleinschalig, binnen het zelfherstellend vermogen van de natuur.

De visserij is enorm sterk teruggedrongen

In Nederland wordt er vooral op volwassen paling gevist. Dit is de soort die we allemaal kennen van de viswinkel en de markt; de soort die in ons land al honderden jaren wordt gerookt en waaromheen een prachtige cultuur is ontstaan, met zelf zijn eigen muziek; de paling-sound.

Sinds 2009 zijn vele maatregelen genomen waardoor de Nederlandse visserijdruk op paling met 70% werd verminderd.

  • Van 1 september tot 1 december mag er helemaal niet op paling worden gevist. In die periode vindt de palingtrek richting de kust plaats. Veel beroepsvissers zijn in die periode actief om – in opdracht van DUPAN – vele duizenden dikke geslachtsrijpe palingen over de dijken naar zee te helpen. De trekroutes voor paling zitten vol barrières als gemalen, waterkrachtcentrales, dammen en sluizen, waardoor ze zelfstandig de kust nauwelijks weten te bereiken.
  • Op de grote rivieren mag helemaal niet op paling worden gevist. Veel rivierbodems zijn in het verleden vervuild met dioxine-achtige stoffen. Paling uit die gebieden mag daarom niet worden bevist en niet op de markt worden gebracht. De verwachting is dat die situatie nog wel 25 jaar duurt. Door heel Nederland wordt gemonitord in hoe het met de vervuilingsgraad is gesteld. Op die manier wordt gewaarborgd dat de paling die in de handel komt aan alle normen voldoet en gezond is. De sluiting van deze riviervisserij, heeft gezorgd voor een extra afname van de totale visserijdruk waardoor het herstel van de palingstand ook sneller kan optreden.
  • Op initiatief van DUPAN en netVISwerk in Friesland in 2014 een speciale vorm van aalbeheer ingevoerd; daar wordt gevist naar draagkracht van het water en is de visserij gequoteerd. Deze vorm van gebiedsgericht aalbeheer is inmiddels goedgekeurd door Europa en wordt de komende jaren steeds verder uitgerold over Nederland.
  • Veel beroepsvissers hebben vrijwillig de wettelijk bepaalde vangstmaat van 28 naar 35 centimeter vergroot, waardoor steeds meer jonge aal langer in de natuur blijft en waardoor er steeds meer geslachtrijp kunnen worden en via de kusten weer naar de oceaan kunnen trekken. Onlangs nog deed de palingsector een oproep om de minimale vangstmaat te vergroten voor heel Nederland in te voeren.

Visserij op glasaal wordt in snel tempo verduurzaamd

De glasaalvisserij is na de invoering van de aalverordening sterk teruggebracht. In Frankrijk, waar zo’n 80% van alle glasaalvisserij plaats vindt, heeft de overheid het aantal vergunningen teruggebracht van 1200 naar zo’n 500. In het Verenigd Koninkrijk mag alleen nog met handnetten vanaf de waterkant worden gevist door een gelimiteerd aantal vergunninghouders. Bovendien wordt er steeds meer gevist volgens de SEG-Standard. Voor de Franse visserij, die vanaf boten plaatsvindt, betekent dit dat de overleving van glasaal  stijgt van 60% naar 90%. Nieuwe netten en kortere vistijden zorgen zelfs voor nog grotere overlevingskansen van de glasaal. Deze SEG  Standard zorgt dus voor een veel grotere overleving van jonge vis tijdens de vangst, waardoor de totale visserijdruk met tientallen procenten daalt. Maar het belangrijkste wapenfeit van deze standaard is de volledige transparantie die wordt afgedwongen, van visserij tot bord. Daardoor wordt de glasaal gegarandeerd binnen het vangstquotum gevangen.

In China is er een ongebreidelde vraag naar ‘onze’ Europese paling. Een belangrijkdeel van de glasaal van hier wordt door smokkelaars naar China getransporteerd en daar opgekweekt tot consumptiepaling. Dat gaat heel ver; de smokkelaars exporteren illegaal vijf keer zo veel dan wij in Europa benutten. Door dit te voorkomen, via een traceerbaarheidssysteem, kan de verduurzaming van de glasaalvisserij op korte termijn een zeer belangrijke stap maken.

Illegale vangst en stroperij voorkomen

Stroperij is ook in Nederland een probleem. De sector is het beu dat stropers fuiken stelen van beroepsvissers en de daarmee gevangen – niet te traceren – palingen via de achterdeur verkopen aan restaurants en hobby-rokers. Dit soort stroperij bestaat alleen, omdat er ook afnemers zijn. Afnemers die bij de inkoop en consumenten die bij het eten van paling, vragen om het ESF-logo, weten zeker dat de bron verantwoord is.

Omdat de gehele keten, van visserij, aquacultuur en handel, het ESF-label en de SEG-Standard omarmen, worden illegaal gevangen glasaal en gestroopte paling steeds meer uit de markt gedrukt. Op die manier kan aan de tomeloze smokkel- en stroperijpraktijken een einde komen.

Maatregelen zorgen inmiddels voor sterke stijging palingstand

Ondanks de huidige visserijdruk op glasaal (4% van het bestand) en de illegale smokkel (20 – 25% van het bestand!) herstelt de palingstand zich sinds 2011. De stijging van de intrek van jonge paling was de afgelopen 5 jaar met 8,5% zelfs sterker dan de daling ooit geweest is, volgens de gerenommeerde palingwetenschapper Dr. W. Dekker. Hij zij dat op een congres in Potsdam (Duitsland), in maart van dit jaar. Dat paling als soort in de officiële lijst van bedreigde diersoorten wordt aangemerkt als ‘kritiek’ heeft alles te maken met de wens om het huidige beschermingsniveau, dat met de EU-aalverordening is ingesteld, voorlopig te handhaven. Dekker zei op datzelfde congres, dat de palingstand vandaag de dag dermate goed is, dat deze in feite niet op die lijst thuis hoort.

Natuurbeheer is ook verantwoorde visserij

Met de invoering van een volledige transparantie en verantwoorde vangst, wordt de visserij nog verder beheerst. De beroepsvissers vissen naar draagkracht van het water, gequoteerd of anderszins beperkt. Daarnaast zijn zij steeds meer natuurbeheerders, die monitoren voor wetenschappelijk onderzoek en palingen helpen bij het passeren van barrières.

ESF is de Europese oplossing in beheerste visserij

In Nederland hebben vrijwel alle kwekers en handelaren die bij DUPAN zijn aangesloten (90% van de markt) zich gecertificeerd voor het ESF-label en de SEG-Standard. Ook in Duitsland is de certificering bij de meerderheid van bedrijven ingevoerd. In andere landen is men inmiddels vergevorderd met het invoeren van de standaard. Daarmee is het commitment van de sector aangetoond, voor een traceerbaar product en de wil om uitwassen uit te bannen. In de ogen van DUPAN kan het dan ook niet lang meer duren voordat natuurorganisaties en andere NGO’s inzien, dat deze vorm van visserijbeheersing hele grote stappen voorwaarts betekent en deze oplossing gaan steunen, in plaats van tegenwerken, zoals zij tot nu toe doen.