Glasaalquotum meer in lijn gebracht met marktvraag

De Franse overheid heeft het totale vangstquotum voor glasaal vastgesteld op 57,5 ​​ton voor zee- en riviervissers, waarvan 34,5 ton voor herbevolking. Het nieuwe quotum is een vermindering van 11,5% ten opzichte van het voorgaande seizoen. Volgens DUPAN is dat een positieve ontwikkeling.

Stichting DUPAN liet zich al eerder kritisch uit over de hoogte van het Franse quotum, dat in haar ogen niet in lijn is met de vraag vanuit de markt. De hoeveelheid glasaal die beschikbaar is voor uitzet, oversteeg al enkele jaren de hoeveelheid die nodig is om aan de natuurbeheerdoelstellingen te voldoen. Alex Koelewijn, voorzitter van DUPAN stelt daarover: “Wanneer het quotum hoger ligt dan de feitelijke vraag, dan moet de gevangen vis ergens naar toe. In voorgaande jaren hebben we gezien dat China dan de vermoedelijke eindbestemming is. Een te hoog quotum werkt smokkel in de hand. Daarom zijn wij blij dat de Franse overheid het quotum nu naar beneden bij stelt.”

Vanaf 2014, toen de glasaalintrek een explosieve stijging liet zien, is het Franse quotum telkens naar boven bijgesteld. Na 2014 was er van een dergelijke stijging echter geen sprake. De meerjarige glasaaltrend is nog steeds stijgende, gemeten vanaf 2011. De stijging van het quotum was echter sterker en daardoor niet meer in lijn met de jaarlijkse aanwas.

Alex Koelewijn: “We zien dat in de visserij en ook heel sterk bij de natuurorganisaties; men verwacht of hoopt of wil dat de intrek maar door blijft stijgen. De realiteit is echter anders. Die is net zo grillig als de natuur. De intrek stijgt flink, daalt dan weer wat, stijgt weer, daalt weer. Waar het om gaat is dat de meerjarige trend een stijgende lijn vertoont. En dat is wat wetenschappers sinds 2011 zien. Met een realistische afstemming tussen quota en beheerdoelstellingen kan dat alleen maar beter gaan.”

Het besluit van de Franse ministers van zeevisserij en zoetwatervisserij is gelijk aan het advies van het wetenschappelijke comité dat de jaarlijkse glasaalintrek beoordeelt.

Glasaal quotum in frankrijk aangepast

8/10 Vakmanschap en rentmeesterschap

De 10 geboden van DUPAN: deel 8 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Vakmanschap en rentmeesterschap

“Er is helemaal niet zo veel bereikt met de EU Aalverordening”, zo veel zegt de een, vaak zonder enige vorm van onderbouwing. “Veel meer dan we redelijkerwijs hadden kunnen verwachten in 10 jaar tijd”, zegt de ander. Een vooraanstaand prediker van die laatste stroming onderbouwt zijn stelling wel; Dr. Willem Dekker prees de internationale samenwerking in zijn toespraak tijdens het  palingcongres het Duitse Potsdam in maart 2020: “we hebben een klein wonder verricht”, aldus Dekker.

Ook ICES onderkent de resultaten van de internationale samenwerking vanaf 2009, in haar laatste rapport en ziet een significante stijging in de aanwas van jonge paling. En de Europese Commissie? Zij concludeert in haar evaluatie uit april 2020 dat de Aalverordening voldoet, maar dat de uitvoering aanzienlijk moet worden verbeterd, vooral als het gaat om niet-visserij gerelateerde sterfte, die door mensen wordt veroorzaakt. Daarmee doelen zij vooral op de geblokkeerde migratieroutes van paling door dammen, sluizen, waterkrachtcentrales en gemalen.

Nóg meer plannen, of de handen uit de mouwen?

In februari 2020 maakte CMS (Convention on the Conservation of Migratory Species of Wild Animals) van de VN bekend dat zij een actieplan voor paling gaan opstellen. De organisatie werkte al jaren aan een deelverdrag voor paling, maar dat strandde omdat dit te veel leek op de – u raadt het al – EU Aalverordening. Daarom is besloten een en ander minder ambitieus in te steken en een actieplan op te stellen. Dat moet over drie jaar klaar zijn. Het valt natuurlijk te prijzen dat CMS plannen maakt om meer werk te maken van de geblokkeerde migratieroutes. Precies zoals de EU-commissie dat in april al duidelijk stelde. Maar goed, dubbel genaaid houdt beter.

DUPAN  denkt dat er onderhand wel genoeg plannen zijn en steekt liever de handen uit de mouwen. De sector investeert daarom in het langs de migratiebarrières helpen van volwassen paling, het uitzetten van jonge paling en wetenschappelijk onderzoek naar effectieve beheermethoden. Dat doen we met vakmensen die dagelijks bij paling in de natuur betrokken zijn, zoals vissers en wetenschappers, zodat alle inspanningen met de best beschikbare kennis worden uitgevoerd.

Óns uiteindelijke doel? Een goede aalstand, die verantwoord wordt beheerd, door beperkte, gecontroleerde en transparante benutting, binnen de grenzen van de natuurlijke draagkracht. Zoals het goede rentmeesters betaamt.

7/10 Gij zult niet stelen…

De 10 geboden van DUPAN: deel 7 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Gij zult niet stelen…

In februari 2019, tijdens een stakeholders meeting (moeilijk woord voor een bijeenkomst van mensen die een belang met je delen) over het internationale perspectief op aalbeheer, trapte DUPAN-voorzitter Alex Koelewijn af met de ‘10 geboden van DUPAN’. Daarin stelde hij als ‘7e gebod’ dat 25% van de jaarlijkse aanwas van glasaal naar China wordt gesmokkeld. Hij deed daarbij de emotionele oproep: “Stop de steeds groter wordende glasaal-plundering door de Chinezen.”

De bijeenkomst was georganiseerd door de GoodFish Foundation, in samenwerking met DUPAN. Koelewijn adresseerde het smokkelprobleem zo nadrukkelijk voor dit gezelschap, omdat wetenschap, NGO’s, de sector en autoriteiten zullen moeten samenwerken, willen we succesvol zijn in de aanpak ervan. DUPAN sprak in november 2015 haar grote zorg uit over de steeds maar toenemende illegale handel en vroeg bij de internationale toezichthouders van CITES om strikte maatregelen. Vanaf dat moment kwamen de autoriteiten steeds vaker in actie om de smokkelaars te dwarsbomen. Maar de schaalgrootte is inmiddels dusdanig, dat alleen via internationaal gecoördineerde acties nog successen geboekt kunnen worden in de bestrijding. Het lijkt echter dweilen met de kraan open te zijn. Vergelijk het maar met cocaïnesmokkel, je bestrijdt de symptomen, maar bij de bron kom je nauwelijks in de buurt.

Hoe kunnen we de internationale criminaliteit stoppen?

Florian Stein, director of Scientific Operations van de Sustainable Eel Group (SEG) presenteerde tijdens die bewuste bijeenkomt zijn onderzoek naar de georganiseerde criminaliteit. De uitkomsten daarvan waren op zijn zachts gezegd ontluisterend. Koelewijn zat er dichtbij met zijn 25%. Volgens Stein’s onderzoek gaat het om 23% van alle jonge paling die aan onze kusten aankomt, die wordt gesmokkeld naar China. Ter illustratie: de gehele Europese consumptiemarkt gebruikt maar 4% van datzelfde bestand aan jonge paling.

SEG betitelt de smokkel inmiddels als ‘worlds biggest wildlife crime’. Maar kunnen we het tij keren? Wat moet er gebeuren om deze enorme zwendel uit te bannen?

In 2010, toen de contouren van de smokkel naar China zichtbaar werden, kwam de sector in Nederland in contact met de Sustainable Eel Group. Voor Nederland was het Eel Stewardship Fund opgericht (toen nog het Duurzaam Paling Fonds). Een fonds dat er speciaal op was gericht om de palingstand te helpen verbeteren. Het bleek al snel dat er door het uitbannen van glasaalsmokkel veel natuurwinst te behalen valt. Traceerbaarheid van paling werd dan ook al snel een van de speerpunten in de ontwikkeling van de SEG Standard. De redenering was even eenvoudig als steekhoudend; als je elke paling (batch) kunt traceren van visserman tot bord, is smokkel praktisch niet meer mogelijk.

Als palingproducten in de markt verkrijgbaar zijn met een officiële certificering, wordt het smokkelaars heel lastig gemaakt om hun handel in te kopen en te verplaatsen, zonder dat dit traceerbaar is. Wanneer door een dergelijke ‘eenvoudige’ oplossing de druk op het glasaalbestand verlaagd kan worden van 27% naar 4%, is er veel bereikt voor de toekomst van onze paling.

Inmiddels is de oorlog tegen de smokkelaars in volle gang. De Sustainable Eel Group en onderzoeker Florian Stein werken het jaar rond aan het sluitend krijgen van gegevens en bewijsmateriaal om de internationale netwerken bloot te leggen. Onlangs verscheen het World Wildlife Crime Report van de United Nations Office on Drugs and Crime. In dat rapport wordt met medewerking van Florian Stein uitgebreid gerapporteerd over de stand van zaken van de glasaalsmokkel.

Eel Stewardship Fund steunt de oplossing

De sector nam in 2010 het voortouw om de gehele keten van palingvangst, -handel en -verwerking transparant en traceerbaar te maken. Als we met verstand omgaan met de natuurlijke voorraden, kunnen we ook in de verre toekomst blijven genieten van paling en de eeuwenoude palingcultuur. Door werk te maken van deze Chain of Custody, kunnen we concreet en substantieel iets doen aan de smokkel.

Het Europese fonds dat palingprojecten in verschillende landen in Europa ondersteunt met geld van de sector, blijft daarom ook in de huidige crisestijd het onderzoekswerk van SEG en Florian Stein steunen. Hoe eerder een certificeringsstandaard breed kan worden ingevoerd en hoe nauwkeuriger de criminele netwerken in kaart worden gebracht, des te eerder kan de diefstal van Europese paling worden voorkomen.

Sustainable Eel Group is voorvechter tegen illegale handel

De SEG, de vooraanstaande Europese groep van wetenschappers, natuurorganisaties en de sector, maakt zich vanaf 2010 sterk om de illegale handel in paling tegen te gaan. Met een gecommitteerd team hebben zij vele onderzoeken uitgevoerd en de problematiek aanhangig gemaakt bij Europol en Interpol. Alles over de werkzaamheden van de Sustainable Eel Group en hun strijd tegen de georganiseerde criminaliteit, vindt u hier: https://www.sustainableeelgroup.org/illegal-trafficking/

6/10 Natuurbeheer is een belangrijk doel bij de uitzet van paling

De 10 geboden van DUPAN: deel 6 van 10

DUPAN bestaat dit jaar 10 jaar. In het kader daarvan kijkt DUPAN terug op 10 jaar samenwerking; in Nederland, in Europa, door de overheid, wetenschap, natuurorganisaties en de sector. 10 jaar waarin de wereld rondom paling veranderde van ‘onwetend’ naar ‘bewust’ en waarin met vereende krachten veel werd bereikt.

Natuurbeheer is een belangrijk doel bij de uitzet van paling

De 30% visserij die na de ingevoerde beperkingen over is zal, mits goed beheerd, een belangrijke bijdrage zijn aan monitoring, herbevolking met jonge palingen, Paling Over De Dijk van volwassen palingen en daarmee aan natuurherstel. Het zijn de beroepsvissers, die met hun materieel en hun eeuwenlang opgebouwde kennis, zorgvuldig uitvoering geven aan de vele projecten en zo de natuur een handje helpen. Elk voorjaar worden er miljoenen jonge palinkjes in Nederland uitgezet. Die herbevolking lukt alleen met de kennis van de vissers.

Heeft jonge paling uitzetten wel nut?

Daar kunnen we kort over zijn; Ja! Jonge paling hoopt zich bij de riviermondingen in Engeland en Frankrijk massaal op. Ze kunnen niet landinwaarts trekken naar het zoete water om op te groeien, want de kusten zijn hermetisch afgesloten. Als we ze daar niet opvangen, verdwijnen ze in de magen van grotere vissen of vogels. Door ze elders in Europa in het zoete water te zetten, in gezonde opgroeigebieden, geven we de palingstand een impuls en zorgen we ervoor dat de jaarlijkse schieraal-uitrek naar zee op den duur kan toenemen. Zo wordt bijvoorbeeld in de gezonde waterboezem van Friesland elk jaar de maximale hoeveelheid jonge palinkjes uitgezet. De natuur heeft biologisch gezien zijn grenzen, vandaar dat er niet verder wordt gegaan dan het jaarlijkse maximum aantal palingen per hectare leefgebied. Maar er wordt daar door beroepsvissers ook gevist. Juist in Friesland is de visserij op paling streng gereguleerd met een vangstquotum. Met een dergelijk systeem neemt de palingstand versneld toe en daarmee ook de hoeveelheid volwassen paling die naar zee trekt. En dat laatste is het doel van alle herbevolkingsprojecten met paling.

De Sustainable Eel Group publiceerde een positioning paper over het nut en de noodzaak van het uitzetten (restocking) van jonge paling.

Niet alleen jonge, maar ook volwassen paling helpen

Het naar geschikt opgroeigebied brengen van jonge palingen is in Nederland goed georganiseerd. Herbevolken gebeurt alleen in geselecteerde gezonde wateren, vanwaar de paling als ze volwassen is een goede mogelijkheid heeft om naar zee te kunnen zwemmen. We voldoen niet alleen aan de richtlijnen van de EU Aalregulering, maar we doen nog meer dan dat. Europa verplicht deelstaten alleen om jonge paling uit te zetten. Nederland wierp zich in 2012 echter al op als gidsland, door ook volwassen palingen over de dijk naar zee te helpen. De migratie van paling is immers cyclisch; in het vroege voorjaar willen de jonkies naar zoet water. In het najaar vertrekken volwassen schieralen juist naar zee. Waarom de jonkies wel helpen, maar de volwassenen voor dezelfde dichte deuren laten? Daarom zijn er op diverse knalpunten in Nederland Paling Over De Dijk projecten, waarbij waterbeheerders, beroeps- en sportvissers samenwerken om volwassen palingen te helpen de zee te bereiken.

Uitzetten van paling geeft een directe impuls

Het herbevolken met jonge paling zorgt voor een directe impuls voor de palingstand. Het over de dijk helpen van volwassen paling heeft een indirect effect; na ongeveer 2 jaar zorgt dit met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid voor meer jonge paling aan de Europese kusten. Elke geredde schieraal zorgt in potentie voor 1 tot 4 miljoen larfjes. De precieze effecten weten we niet; het wetenschappelijk onderzoek dat het bewijs moet leveren is er niet, en komt er voorlopig ook niet vanwege de enorme complexiteit (zie opnieuw het positioning paper van SEG). Maar dat betekent natuurlijk niet dat we op onze handen moeten gaan zitten. Want wat we wel zien is dat, twee jaar nadat al die maatregelen om de paling te beschermen zijn genomen, de aankomst van jonge palingen (glasaaltjes) een stijgende trend vertoont. Hoewel het effect van herbevolking niet wetenschappelijk is vastgesteld, kunnen we wellicht vertrouwen op het spreekwoordelijke boerenverstand.

Besef wel, menselijke hulp voor de paling is een tijdelijke maatregel

Hoe goed het uitzetten als maatregel ook is, het is niet de ultieme oplossing om de paling in Nederland en Europa te helpen. Dat is het herstel van de migratieroutes, ofwel ervoor zorgen dat jonge paling zelfstandig het zoete water kan bereiken, veilig langs barrières als waterkrachtcentrales en gemalen kan zwemmen en als ze volwassen is, de kustwateren weer kan bereiken. Maar zolang dat nog niet is geregeld (gezien de kosten om alle hindernissen aan te passen zal het nog wel een aantal decennia duren), blijft menselijke hulp voor de paling, zoals uitzetten of herbevolking, een uitstekende tijdelijke oplossing.