Nieuwe paling AH nog niet duurzaam

Albert Heijn heeft de Europese paling vervangen door een Afrikaanse soortgenoot uit Madagascar. Een stap naar een duurzaam alternatief voor de met uitsterven bedreigde Europese aal, zegt de grootste supermarkt van Nederland. Dat is nog maar de vraag.

– door Annemarie Geleijnse en Rineke van Houten –

Albert Heijn kondigde vorig jaar na een oproep van het Wereld Natuur Fonds al snel aan alle paling uit de schappen te halen. De super zou op zoek gaan naar een ‘duurzaam alternatief’. Maar dat bleek niet makkelijk. De datum dat de Europese paling niet meer te koop zou zijn, schoof een paar keer op. Tot Albert Heijn onlangs aankondigde zijn kaarten te zetten op de Afrikaanse paling. Duurzaam is deze soortgenoot echter (nog) niet, leert navraag.
Waarom paling uit Madagascar? Omdat, zo is ook onder wetenschappers en kweekbedrijven bekend, daar nog volop jonge aal in zee zwemt. En jonge aal is nodig om volwassen aal op te kweken voor de handel. Vrijwel alle paling die in Nederland in de supermarkten ligt komt uit kwekerijen.
Albert Heijn koopt zijn nieuwe paling van het bedrijf Ripple Fish, een ambitieuze onderneming gevestigd op Mauritius en met een kwekerij op Madagascar. Ripple Fish kweekt de jonge paling uit zee op in bassins en vervoert de vissen naar Nederland, waar rokerij Foppen er smakelijke filets van bereidt voor Albert Heijn. Volgens het ministerie van LNV heeft het bedrijf een aanvraag ingediend om de Anguilla mossambica, zoals de Afrikaanse paling officieel heet, in Nederland op te kweken. Omdat het een uitheemse soort is, mag de vis alleen in Nederland gehouden worden met een vergunning.

Parasiet
De Nederlandse kwekers vrezen niet alleen inkomstenderving, maar ook schade aan de eigen palingstand. Het is al jaren bekend dat de import van ‘vreemde’ paling kan leiden tot ziektes onder de soort. De palingbranche herinnert zich nog goed de zwemblaasparasiet die in de jaren tachtig per ongeluk meekwam met de Japanse paling. De worm verspreidde zich razendsnel onder Europese palingen. Zoiets kan ook gebeuren met geïnfecteerde palingen uit Madagaskar, bevestigt de Leidse onderzoeker Guido van den Thillart. ‘Het is de vraag of we in staat zullen zijn om verspreiding van deze parasiet tegen te gaan mocht het zover komen’, zegt hij. ‘In het algemeen zijn nieuwe parasieten vrij agressief.’
De gevolgen van een grootschalige infectie kunnen desastreus zijn. Geïnfecteerde palingen groeien minder snel, verzwakken en kunnen niet meer navigeren in diep water. Juist voor palingen is het van levensbelang sterk de rivieren te verlaten om de lange reis naar de paaigronden te overleven. In het verleden is wel gesuggereerd dat parasieten een van de redenen zijn waarom palingen er steeds minder in slagen zich voort te planten. De parasiet die met de Japanse aal meereisde, heeft volgens Van den Thillart, die bijna alles weet over de voortplanting van palingen, vrijwel zeker ‘een zeer sterk negatief effect’ op de reproductie. ‘Een nieuwe parasiet zou dat alleen maar erger maken.’

MSC
Een andere onzekerheid rondom de paling uit Madagaskar is het MSC-certificaat. Albert Heijn zegt mee te werken aan een duurzame visvangst en de ‘lokale vissers’ te helpen het begeerde label in de wacht te slepen. Is de procedure al gestart? Ja, zegt een woordvoerster van Albert Heijn. ‘Nog geen officiële aanmelding binnen’, zeggen ze op het kantoor van MSC. AH spreekt van een ‘positief voortraject’, maar een MSC-certificaat krijg je niet zomaar. Daar is onder andere een goed beheer van de visstand voor nodig. ‘Het is de vraag of dat gaat lukken’, stelt Stichting De Noordzee in een reactie. Voor het gebied gelden vangstquota om overbevissing tegen te gaan. Zo’n quotum stelt volgens de milieuorganisatie niet veel voor. ‘Een bedrijf krijgt een vergunning om een bepaalde hoeveelheid jonge paling te vangen. De regering heeft daarnaast alle vrijheid om nog meer vergunningen af te geven als de vraag naar glasaal stijgt’.
Gemiddeld duurt een beoordeling veertien maanden. Albert Heijn zelf spreekt over een certificering ‘binnen enkele jaren’. Kan Albert Heijn niet beter wachten tot dat certificaat er is? ‘We vinden het belangrijk de vissers te helpen met de ontwikkeling richting MSC door vis af te nemen’, zegt de woordvoerster.

Wageningen
Het is niet zo toevallig dat, de nog jonge, palingkweker Ripple Fish in Nederland een afnemer heeft gevonden. Het bedrijf, dat ook kwekerijen wil openen in Zuid-Afrika en Mauritius, krijgt ondersteuning van het Nederlandse instituut Imares uit Wageningen, waar vooraanstaande palingdeskundigen werken. Imares sloot begin dit jaar een contract van 1,7 miljoen euro met het bedrijf om te helpen naar het zoeken van duurzame kweekmethodes.
Albert Heijn noemt de nieuwe paling Zuiderling, zodat duidelijk is dat het niet om de Europese paling gaat. Maar het enige verschil is voorlopig dat de Afrikaanse paling (nog) niet met uitsterven is bedreigd. En… dat de Afrikaanse variant volgens de Nederlandse kwekers minder lekker is.
De bewuste consument kan intussen geen wijs meer uit alle palingverhalen. Dioxine, uitsterven, Afrika, wilde en gekweekte versies: wat blijft hangen is dat er iets niet in de haak is met de vis. Niet kopen dus.
De branche probeert het imago van de paling te redden. Binnenkort brengen kwekers en rokers een ‘duurzame’ paling op de markt. Kopers van die paling, te herkennen aan een label op de verpakking, steunen volgens de informatie onderzoek naar het herstel van de Europese paling.

Wordt vervolgd dus.

Bron: www.delaatstepaling.nl

Natuurlijk Sluisbeheer in Zeeland goed voor intrek glasaal

De Stichting DUPAN pleit voor een goed sluisbeheer in Nederland. Door de afsluiting van onze kust kan de jonge paling (glasaal) Nederland zelfstandig maar moeilijk binnenzwemmen om op te groeien. Later, wanneer de paling geslachtsrijp is, kan deze nauwelijks nog de zee weer op om in de oceaan te paaien. DUPAN wil de paling een handje helpen, door glasaal uit te zetten in het binnenwater en geslachtsrijpe paling naar zee te brengen. Daarnaast biedt goed beheer van de sluizen veel kansen voor de paling in Nederland, zo blijkt uit de proef in Zeeland. Wat DUPAN betreft komt hiervoor een landelijk beleid.

Uit de proef met natuurlijk sluisbeheer die Rijkswaterstaat in Zeeland in de maanden februari tot eind mei samen met de provincie, natuurorganisaties waaronder het Wereld Natuur Fonds en de schelpdiersector heeft uitgevoerd, is gebleken dat deze voor de paling zeer succesvol verlopen is. De proef werd uitgevoerd bij de Bergsediepsluis en de Krammersluizen tussen het zoute water van de Oosterschelde en het zoete water van het Volkerak-Zoommeer.

Door de schuiven in de sluizen te openen, kon meer zoet water in de Oosterschelde stromen. Daardoor werd lokaal de zoet-zoutwater verhouding verbeterd, wat de voedselrijkdom van het zoute water plaatselijk sterk heeft verhoogd. Brakwater (zo heet de mix van zoet- en zoutwater) is gemiddeld 30 procent voedselrijker en daardoor productiever dan zoutwater in open zee.

De regelmatige stroom zoetwater in de delta lokt vissoorten aan die van nature rivieropwaarts trekken of richting zee migreren. Vooral jonge paling (glasaal) werd tijdens deze proef beduidend meer gesignaleerd. Dit is een goede ontwikkeling gezien het feit dat de intrek van jonge paling (glasaal) de laatste decennia door het ontbreken van zout-, zoetwaterovergangen problematisch was. Verder zal de migratie naar de paaigronden van volwassen paling (schieraal) naar open zee ook voordeel vinden uit de openstelling van de sluizen. Het openstellen van de sluizen wordt al langer bepleit door de palingsector en Stichting DUPAN.

Nieuwe, diervriendelijke verwerkingsmethode paling

Een drietal Nederlandse bedrijven is er in geslaagd een machine te ontwikkelen die paling op een diervriendelijke wijze kan verwerken voor consumptie. De bedrijven Nijvis, Klooster en Rijpelaal hebben in samenwerking met de onderzoeksinstellingen IMARES en Livestock Research deze machine ontwikkeld.

De nieuwe machines zullen voor het eerst worden ingezet voor de verwerking van paling voor het Nederlands Kampioenschap Palingroken in Kortenhoef op 4 september a.s. Voorzitter mevrouw Van den Brand – Sikking van de wedstrijdcommissie is zeer verheugd: “Bij voorgaande edities kregen wij als organisatie de nodige kritiek uit maatschappelijke hoek. Men dacht namelijk ten onrechte dat onze paling nog op traditionele wijze in een zoutbad werd gedood. Dit was al jaren niet meer het geval, maar bij gebrek aan een algemeen aanvaarde moderne vorm van paling verwerken was dit moeilijk om voor het voetlicht te brengen. Vanuit onze betrokkenheid bij het aloude palingambacht zijn we daarom erg blij dat we dankzij de nieuwe methode kunnen voldoen aan de verwachtingen die de samenleving van ons heeft op het gebied van duurzaamheid, diervriendelijkheid en productkwaliteit."

De machine kwam tot stand na onderzoek dat bestond uit hersen- en hartfilms en gedragsobservaties. Daarmee werden de condities bepaald waarbij bewusteloosheid bij paling onmiddellijk intreedt en in stand blijft tot het dier dood is. Met de nieuwe machine treedt de bewusteloosheid in een seconde in. Ook werd onderzoek gedaan naar de invloed van de verwerkingsmethode op de kwaliteit van het palingvlees.
De Noorse apparatenbouwer SeaSide bouwt de machines. Met de eerste twee machines is inmiddels volop getest. Daaruit is gebleken dat de machines volledig voldoen aan alle vooraf gestelde eisen ten aanzien van diervriendelijkheid, verwerkingsnelheid en vleeskwaliteit. De Stichting DUPAN die zich inzet voor een duurzame palingsector, is blij met de machines en noemt het een sprong voorwaarts.

Future for Eel gaat op in Stichting DUPAN

Voorvechter herstel palingstand draagt stokje over

De Stichting Future for Eel, opgericht in het voorjaar van 2008 brengt haar activiteiten onder bij de Stichting Duurzame Palingsector Nederland (DUPAN).

Future for Eel voorzitter Pieter Bak licht het besluit van zijn bestuur toe: “Future for Eel heeft zich vanaf begin 2008 ingezet om de palingstand in Nederland te stimuleren door projecten voor uitzettingen van jonge en volwassen paling te financieren, te begeleiden en te evalueren. Om de doelstellingen van Future for Eel te kunnen realiseren was behalve de steun van LNV ook een sectorbrede samenwerking vereist. Bovendien ondervond Future for Eel, ondanks toezeggingen, onvoldoende steun van NGO’s zoals het Wereld Natuur Fonds en de Stichting Noordzee. Heel jammer, want eigenlijk willen wij allemaal hetzelfde als de natuurorganisaties: een gezonde palingstand in Nederland.”

Nu Stichting DUPAN er in is geslaagd om steun te verwerven van meer dan 80% van de palingsector, vond het bestuur van Future for Eel de tijd rijp om haar taken over te dragen. DUPAN heeft het brede draagvlak dat nodig is om de palingstand in Nederland duurzaam te verbeteren en te beheren. Hoewel Future for Eel niet de gewenste steun kreeg, heeft deze stichting toch veel betekend voor de paling in Nederland. Een van de hoogtepunten van Future for Eel was het naar open zee helpen van enkele duizenden volwassen palingen in december 2008. “Dat was een geweldige actie die dankzij donaties uit de palingsector in zeer korte tijd gerealiseerd kon worden”, aldus Pieter Bak.

Alex Koelewijn, voorzitter van Stichting DUPAN, prijst de initiatiefnemers van Future for Eel. “Al in 2008 dacht men bij Gebr. Kraan na over duurzaamheid. Dat leidde tot de oprichting van Future for Eel.” Pieter Bak vervolgt: ”Het komen tot een duurzaam herstel van de palingstand zoals Future for Eel voorstaat is ook één van de doelstellingen die Stichting DUPAN nastreeft. Juist daarom zijn wij verheugd dat het werk van Future for Eel niet verloren gaat en Stichting DUPAN het voortzet.”

Volgens voorzitter Koelewijn van Stichting DUPAN verdwijnt de paling uit Nederland wanneer de mens de soort geen hulp biedt. “Paling wordt geboren in de oceaan en zwemt vervolgens naar zoet water om op te groeien. Daarna gaat ze weer terug naar open zee om voor nageslacht te zorgen. Het probleem is dat jonge paling Nederland niet in kan en volwassen paling kan er niet uit. We hebben onze kusten waterdicht afgesloten en er zijn geen natuurlijke zoet-zout overgangen meer. Zonder hulp redt de paling het dus niet. Stichting DUPAN heeft daarom het Duurzaam Paling Fonds in het leven geroepen. Door paling te kopen met het logo van dit fonds, draagt de consument bij aan het duurzame beheer van paling in Nederland en blijft de paling bewaard voor generaties na ons.”

Pieter Bak van Future for Eel draagt de zorg voor “de paling” over aan Alex Koelewijn van DUPAN. Deze zal in de haven van IJmuiden aan het zilte nat worden toevertrouwd, om naar de Sargassozee te zwemmen en zich daar voort te planten. (foto: M. Mens)

 

Meederheid ziet paling als duurzame delicatesse

De Nederlandse palingconsument is geen massale palingeter, maar is zich wel bewust van het belang van duurzame vis. Een meerderheid ziet paling als delicatesse en is bereid extra te betalen wanneer deze duurzaam is. Dat blijkt uit een recent gehouden enquête door de stichting DUPAN.

Tijdens de Harderwijker Aaltjesdagen op 12 juni werden rond de 1.000 consumenten geënquêteerd. 78% gaf aan wel eens paling te eten, maar de vissoort als delicatesse te zien die slechts enkele keren per jaar wordt genuttigd. 66% van de respondenten koopt soms of altijd duurzame vis. 34% doet dat niet of let er niet op. Een meerderheid van 56% zegt dat paling een duurzame vissoort is. Daaruit is wellicht de krappe meerderheid van 52% te verklaren die zegt extra te willen betalen voor duurzame paling.

William Swinkels, woordvoerder Stichting DUPAN: “De enquête bevestigt ons in ons oordeel dat paling als lekkernij te boek staat die je eet op een speciaal moment en niet als voedsel op het dagelijks menu. Paling wordt niet massaal gegeten en duurzaamheid is daardoor geen topprioriteit bij de consument. Maar als sector zijn wij ons wel degelijk bewust van het feit dat duurzaam beheer van de palingstand een vereiste is voor de toekomst van de paling. Daarom willen wij de consument goed voorlichten over paling in Nederland en ervoor zorgen dat zij paling kunnen kopen die voorzien is van het Duurzaam Paling Fonds-logo. Op die manier zorgen wij voor gelden waarmee wij de palingstand duurzaam kunnen herstellen.”

Stichting DUPAN steekt miljoenen in herstel paling

Palingvissers, -kwekers en -verwerkers hebben de handen ineen geslagen voor duurzaam herstel en instandhouding van de paling in Nederlandse wateren. Vandaag hebben zij de Stichting DUPAN (Duurzame Palingsector Nederland) opgericht. Naast herstelmaatregelen wil men ook afspraken maken over verduurzaming van vangst, kweek en verwerkingsmethoden van paling. Aan Stichting DUPAN zal het Duurzaam Paling Fonds worden verbonden waaruit de komende jaren miljoenen euro’s zullen worden geïnvesteerd in het herstel van de paling in Nederland.

In Nederland zijn zo’n 600 mensen direct werkzaam in de palingsector. De sector heeft naast een economische waarde van zo’n kwart miljard euro een zeer grote cultuurhistorische waarde. Paling hoort bij Nederland net als tulpen, klompen en molens. In de Nederlandse eetcultuur neemt paling al eeuwen een bijzondere plaats in.

Investeren in herstel
De nieuwe Stichting DUPAN zet zich in voor een duurzaam nationaal aalherstelplan waarmee de toekomst van de paling wordt gewaarborgd. Paling heeft zoetwater nodig om tot wasdom te komen. De jonge paling (glasaal) heeft grote problemen de Nederlandse zoetwatergebieden te bereiken en volwassen paling kan Nederland niet verlaten om zich voort te planten. Daarom zal DUPAN de komende jaren miljoenen investeren in o.a. het jaarlijks uitzetten van zeer grote hoeveelheden jonge paling in de Nederlandse binnenwateren. Daarnaast gaat DUPAN maatregelen treffen om de hoeveelheid volwassen palingen, die uit deze uitzettingen voortkomen, te vergroten en terug naar zee te helpen om zich voort te planten. De aandacht van DUPAN zal dan ook gericht zijn op duurzaam beheer van de paling en de controle hierop.

Fonds voor duurzame paling
De Stichting DUPAN zal zich ook in gaan zetten voor grootschalig onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek naar de Nederlandse paling. DUPAN-woordvoerder William Swinkels: “DUPAN zet in op duurzaamheid om de toekomst van de paling in Nederland zeker te stellen. DUPAN wil precies weten wat de oorzaken zijn van de teruggelopen palingstand. Alleen op die manier kunnen we passende maatregelen treffen. Afgelopen maand zijn de maatregelen voor herstel en instandhouding van de paling al begonnen met de uitzet van enkele miljoenen jonge palingen (glasalen) in Zeeland en Friesland. Paling die bijdraagt aan het Duurzaam Paling Fonds is straks voor de consument herkenbaar. Door de toekomst van de paling zeker te stellen kunnen ook de generaties na ons blijven genieten van deze oer-Hollandse lekkernij.“

Massale uitzet glasaal in Slotermeer

Vandaag zijn in verschillende delen van Friesland ruim een miljoen jonge palingen uitgezet. Deze massale uitzet is de grootste in een reeks van uitzettingen verspreid door het land, om de palingstand in Nederland te herstellen. De uitzet werd georganiseerd door het Productschap Vis, de Combinatie van Beroepsvissers en de Friese Bond van binnenvissers, in samenwerking met DUPAN, waarin de Nederlandse palingsector is verenigd. Deze uitzet vond plaats in het kader van het herstelproject ‘Uitzet glas- en pootaal 2010’ dat door het Productschap Vis wordt geleid. Het herstelproject wordt mede mogelijk gemaakt door het ministerie van LNV in het kader van het Nederlandse Operationeel Programma ‘Perspectief voor een duurzame visserij’. Het project wordt mede gefinancierd uit het Europees Visserijfonds.

Samenwerking voor herstel
De palingstand in Nederland heeft de laatste decennia een afname laten zien. Over de oorzaak van die afname is nog maar weinig bekend. Vaststaat dat jonge palingen (glasaal) het voedselrijke zoete water in ons land niet of nauwelijks vanuit zee kunnen bereiken, terwijl volwassen exemplaren de weg terug naar zee niet kunnen vinden, om vandaar uit hun voortplantingsgebied op de Atlantische Oceaan te bereiken. Om de palingstand weer op peil te brengen, hebben de palingkwekers, -vissers en -handel/verwerkers, die tezamen 80% van de Nederlandse palingsector vertegenwoordigen, besloten te gaan samenwerken. Daartoe richten zij de Stichting Duurzame Palingsector Nederland (DUPAN) op. Zo moet een bijdrage geleverd worden aan het duurzaam in stand houden van de paling, waarbij ook een gezonde exploitatie van de paling mogelijk blijft.

Investeren
De Stichting DUPAN gaat zich, in samenwerking met het ministerie van LNV, inzetten voor een duurzaam nationaal aalherstelplan waarmee het herstel van deze vissoort wordt gewaarborgd. Aalkweker en bestuurslid van DUPAN William Swinkels: “Wij willen de komende jaren investeren in het uitzetten van glasaal en het duurzaam beheer van de aalstand in Nederland, zodat palingen hier probleemloos kunnen opgroeien. Ook willen wij diepgaand en onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek laten uitvoeren als basis voor een blijvend herstel van de palingstand in de Nederlandse wateren.”

Duurzaam
DUPAN vindt dat er meer inzet nodig is dan waartoe het huidige Aalherstelplan van de overheid verplicht. Maar tegelijkertijd dient er ook onderzocht te worden wat er aan de hand is met de palingstand in Nederland en wat de oorzaken zijn van de afname. Swinkels: “Met een vangstverbod los je het probleem niet op. Wij nemen nu het voortouw voor duurzaam beheer van de paling. Dat duurzame beheer bestaat uit het uitzetten van glasaal en deze vervolgens in de Friese meren, polders en kanalen te laten opgroeien tot gezonde en geslachtsrijpe paling. En tenslotte, wanneer de palingen volwassen zijn, ze een handje te helpen om de open zee te bereiken. Er mag geen tijd meer verloren gaan en daarom wordt nu een begin gemaakt met het op grote schaal uitzetten van glasaal. Ook in de komende jaren gaat dat gebeuren. Daarnaast laten de vissers voldoende geslachtsrijpe aal in de Nederlandse wateren opgroeien om weer naar zee te kunnen uittrekken. Zo dragen de Nederlandse palingvissers ertoe bij dat het herstel van de palingstand wordt veiliggesteld. Daarnaast worden er nieuwe technieken ingevoerd voor een snelle en diervriendelijke methode voor het doden van de paling. En dat alles opdat de consument op een verantwoorde manier kan blijven genieten van de paling als oer-Hollandse lekkernij.“

DUPAN bij Pauw & Witteman

Over de palingstand in Nederland worden veel onduidelijkheden en onwaarheden verspreid. DUPAN’s Alex Koelewijn en William Swinkels waren in de studio aanwezig om het standpunt van de palingsector te verdedigen. Bekijk hier de uitzending.

Uitzet glasaal door nieuwe stichting DUPAN


Viswekers, vissers  en vishandelaren hebben de handen ineen geslagen om de palingstand in Nederland duurzaam op peil te brengen. Daartoe is vandaag een convenant getekend waarin de partijen zich bereid verklaren om samen te werken en een fonds op te richten waaruit de komende jaren zal worden geïnvesteerd in het herstel van de palingstand.
Het convenant werd vandaag door de drie partijen uit de palingsector ondertekend ter gelegenheid van de uitzet van de eerste glasaal in het kader van het herstelproject ‘Uitzet glas- en pootaal 2010’ dat door het Productschap Vis wordt geleid. De eerste uitzetting betreft 170 kg glasaal in het Veerse Meer. Deze eerste uitzet is mede mogelijk gemaakt in samenwerking met het ministerie van LNV in het kader van het kader van het Nederlandse Operationeel Programma ‘Perspectief voor een duurzame visserij’ wordt uitgevoerd. Het project wordt medegefinancierd uit het Europees Visserijfonds en wordt gecoördineerd door het Productschap Vis. Duurzaam op peil brengen
Het moet beter met de palingstand in Nederland. Over de oorzaak van de afname is nog maar weinig bekend. Vast staat dat jonge paling het voedselrijke zoete water in ons land niet of nauwelijks kan bereiken, terwijl volwassen exemplaren de wateren niet kunnen verlaten om hun paaigebied op de Atlantische Oceaan te bereiken.  Met het convenant willen de palingkwekers, -vissers en –handel/verwerkers, die tezamen 80% van de palingsector vertegenwoordigen,de palingstand duurzaam veilig te stellen en daarmee een bijdrage leveren aan het duurzaam in stand houden van de soort en exploitatie mogelijk maken.  
 
Onderzoek
Door de partijen uit de palingsector is een convenant getekend waarin men zich bereid verklaart om samen te werken aan een duurzaam herstelplan. Daartoe wordt de stichting Duurzame Palingsector Nederland (DUPAN) opgericht. Deze stichting zal zich in samenwerking met een het ministerie van LNV gaan inzetten voor een duurzaam nationaal aalherstelplan waarmee  het herstel van deze vissoort wordt gewaarborgd.  Namens de stichting DUPAN zegt William Swinkels: “Wij willen een fonds oprichten waaruit de komende jaren wordt geïnvesteerd in diepgaand onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek als basis voor gefundamenteerd beleid voor een blijvend herstel van de palingstand in de Nederlandse wateren.”      Verantwoord
DUPAN vindt dat er meer inzet kan worden gepleegd dan het huidige Aalherstelplan van de overheid verplicht.. Swinkels: “Je lost het probleem niet op met een vangstverbod; en stoppen met het eten van paling is ook geen goede oplossing. Wij willen op een verantwoorde manier paling mogen vangen, kweken en eten. Daarom nemen wij nu het voortouw voor onafhankelijk wetenschappelijk onderzoek naar wat er nu werkelijk aan de hand is met de palingstand in ons land. Tegelijkertijd willen wij de paling  structureel uitzetten en  de vangstmethoden verbeteren. Voor de duurzame verwerking worden er nieuw ontwikkelde technieken ingevoerd. Met een duurzame exploitatie is de sector in staat om ook in de toekomst er voor te zorgen dat er ook in de toekomst voldoende glas- en pootaal wordt uitgezet. En door geslachtrijpe aal naar zee te helpen, dragen vissers ertoe bij dat de soort op verantwoorde wijze in stand kan blijven.” De project van aaluitzet is geselecteerd in het kader van het Nederlands Operationeel Programma “Perspectief voor een duurzame visserij” dat wordt mede gefinancierd door het Europees Visserijfonds: investering in duurzame visserij